Bioveiligheidsaudit
Het FAVV vond in de FarmFit app de ideale tool om de wettelijk verplichte risico-enquête aan te koppelen. Zo ontstond de module Bioveiligheidsaudit. Dankzij deze module kan jij als bedrijfsdierenarts de risico-enquête op een gebruiksvriendelijke, praktische én efficiënte manier uitvoeren. Eenmaal ingevuld hoef je verder niets te doen, want de nodige info wordt automatisch doorgestuurd.
Het koninklijk besluit van 18 juni 2014 met maatregelen om aangifteplichtige varkensziekten te voorkomen werd gewijzigd. Concreet betekent dit dat de verantwoordelijke van een varkensbedrijf vanaf 1 juni 2021 verplicht is om elk jaar een risico-enquête over de insleep van aangifteplichtige varkensziekten te laten uitvoeren door zijn bedrijfsdierenarts. Een goede bioveiligheid is namelijk onmisbaar om de Belgische varkensbedrijven te beschermen tegen de insleep van Afrikaanse Varkenspest en andere ziekten, maar ook in de strijd tegen antibioticaresistentie.
Aan de hand van de resultaten van de risico-enquête stel jij als bedrijfsdierenarts samen met de verantwoordelijke van het varkensbedrijf, een actieplan op om de bioveiligheid op het bedrijf te optimaliseren. Dierenartsen hebben tot 30 dagen na het invullen van de risico-enquête de tijd om een plan op te stellen. Maar dankzij de koppeling van de module Bioveiligheidsaudit aan FarmFit kan je dit ook gelijktijdig met het invullen van de risico-enquête.
Bekijk het instructiefilmpje
Klik op Youtube of het vierkantje rechtsonder nadat je de video gestart hebt om te openen in een groter scherm.
Wil je meer uitleg?
Neem een kijkje op onze wegwijzer-pagina waar je de FarmFit handleiding en een aantal veelgestelde vragen vindt.
Het bioveiligheidsscoresysteem is ontwikkeld in het kader van het demonstratieproject ‘Hoge Externe en Interne Biosecurity op het Moderne Varkensbedrijf’ (demonummer 2006-37) dat werd uitgevoerd door Dierengezondheidszorg Vlaanderen (DGZ) in samenwerking met de vakgroep Voortplanting, Verloskunde en Bedrijfsdiergeneeskunde van de Faculteit Diergeneeskunde, Universiteit Gent. Het project werd financieel ondersteund door de Vlaamse Overheid, Departement Landbouw en Visserij, Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling (ADLO) en het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling.